Bouw jij mee aan Bedum?

In de eerste helft van de 16e eeuw behoort Folkerda onder de negen edele heerden van Bedum – Onderwierum. Van Ewsum bezit de rechten en waarschijnlijk ook de borg Folkerda. Enkele heerden worden in 1584 verkocht, deze zijn van Christoffer van Ewsum.(waaronder de Folkerda?)

Borg Folkerda te Bedum


Het redgerrecht behoord in 1584 toe aan de gebroeders Garbrand en Albert Larges. 1638, het redgerrecht ging over naar Teteke Jarges, deze bezit ook de Almaborg. o.v.v. “Wijtsma wegens zijn huisvrouw”. 1661, Reint van Munster komt op de Folkerda als collator van Bedum. Deze compareerde op grond van aankomstbrieven van 1658 en 1667. Reint van Munster had dus de borg al in bezit in 1658. Een zekere heer van Folkerda doekt op…Hij trouwde in 1675 te Bedum met Anna van Walta. De heer van Folkerda liet z’n kind in 1682 dopen te Bedum. De heer had ook al in 1680 de Snelgersma te Appingedam gekocht en woonde daar ook.

Twee borgen in beheer valt tegen, zodoende kwam de Folkerdaborg in 1690 gerechtelijk onder de hamer. Bij ‘de keerse’ verkocht…groot 69 grazen, ongeveer 30 ha. Kapitein Peter Ebels is de koper. 1631-1685 familie Doenga uit Bedum bewoont de Folkerda. In 1631 wordt een kind van Johan Doenga en Johanna de Sighers gedoopt. Hendrik Doenga compareerd nog voor Bedum op de landdag. In 1670 trouwde Siadinna Doenga, erfdochter, en in 1674 Heilina, dochter, op de Folkerda.

Twee families tegelijk op een borg duidt op twee naast elkaar liggende borgen. 1617-1620 compareerde Reint Rygers voor Bedum op de landdag. In 1630 trouwde zijn dochter met Johan Doenga, deze kreeg Oud-Folkerda. De Doenga’s worden tot 1685 op de Folkerda genoemd. In 1698 en 1696 komt de naam Johan Baptista Gramaye voor op Oud-Folkerda. Gramaye verkreeg de borg van de familie Doenga.

De andere, Nieuw-Folkerda, werd door Peter Ebels in 1715 verkocht aan Bauke Everts. Folkerda was nu in katholieke handen. Theodora Maria Gramaye huwde Steven van Goltstein in 1701. Haar zoon Joost trouwt in 1728 met Geertruid Jueta Clant en in de akte wordt Theodora Maria als vrouwe van Folkerda en douairière van Oud-Folkerda genoemd.

Borg Folkerda te Bedum

In 1756 is Joost Jan baron van Goltstein heer van Oud en Nieuw-Folkerda. Het huis wordt in het testament van Joost Jan van Goltstein en Geertruida Juesta Clant in 1780 omschreven als: het huis Folkerda (nieuw Folkerda) met schathuis , singels, hoven, lanen, met een ommegang in de rechtstoel van Bedum met het huis Middelstum mandelig, Essingeheerd.

Bij het huis Folkerda behoorden drie percelen, 1e Oud-Folkerda met 56 grazen beklemd land, 2e 40 grazen met vaste beklemming in gebruik, en ten 3e 22 grazen beklemd land in gebruik.

Maria Theodora vererfde Nieuw-Folkerda na de dood van haar ouders. Theodora was getrouwd met Jan Aegidius van Voorst. Zij verkoopt in 1791 als Douaniere Baronesse van Voorst vrouw van Folkerda land, met als voorbehoudend recht; een laan aan te leggen door dit land naar het trekdiep. Oud-Folkerda wordt sinds 1789 een “plaats” (Fries voor boerderij), genoemd, bestaande uit een Friese schuur en een binnenhuis. Met een beklemming van 56 grazen. De borg is in de loop van dat jaar waarschijnlijk afgebroken.

Het is 1795. Helena Gertrudis van Voorst trouwt in Bedum met Henricus Wilhelmus van Erp van Baarlo. De laatste katholieke familie te Bedum. In 1796 wordt op 19 december een aanzienlijke herenbehuizing onder Bedum, genaamd Nieuw-Folkerda, te koop of te huur aangeboden. Het geheel bestaat uit: een schathuis, hoven, grachten, appelhoven, singel, berceau en lanen, plus 19 grazen land, met een grafkelder en graven in de kerk van Bedum. 27 maart 1798, weer een publieke veiling van de Folkerda, het pakket is aanzienlijk uitgebreid nu totaal te koop: vier beneden kamers, een behangen kelderkamer, keuken met fornuizen, nog twee kamers, meiden en knechtenkamers, tuinen, grachten, schuur en stalling voor vee en paarden, vijver, appelhoven, singel, berceau en lanen, tevens 80 grazen land. Of het geheel had te veel achterstallig onderhoud, of er was geen geld genoeg, kortom: De kopers zagen er vanaf, want op 22 oktober 1798 werden de eerste 1000 bomen verkocht. Daarna, op 24 januari 1799, op afbraak de borg. Meestertimmerman Woldendorp uit de Steenstilstraat te Groningen biedt te koop aan: materiaal van de afgebroken borg Folkerda te Bedum…

Facebook TwitterLinkedin
­